2000-3

1 september 2000, vrijdag. Druilerige dag.
De herfst is begonnen. De dag begon met een flauw zonnetje. Tijdens een fietstochtje in de omgeving begon het te regenen. ’s Middags Reims bezocht. Mooie stad met een indrukwekkende kathedraal en andere monumenten. Met het ‘treintje’ hebben we het moois verkend. Reims is sinds de 4de eeuw een bisschopszetel (tegenwoordig aartsbisdom). De stad is beroemd om zijn Kathedraal, die tot de meesterwerken van de gotiek behoort. Tevens geniet Reims bekendheid vanwege de Champagne. In het zuidoosten van de stad staat de basiliek St-Rémi. De basiliek St-Rémi is een voormalige abdijkerk met een Romaans hoofd- en dwarsschip. De rest van deze basiliek is geheel gotisch. Aan gedenktekens uit de Romeinse tijd bezit Reims het gedeeltelijk blootgelegde forum en de triomfboog Porte de Mars uit de 2de eeuw na Christus. Deze triomfboog diende tot 1544 als stadspoort. De stadspoort werd in 1817 blootgelegd. Verdere bezienswaardigheden vonden wij het bisschoppelijk paleis naast de kathedraal, het Palais du Tau, en de vele beroemde champagnehuizen.

2 september 2000, zaterdag. Regen.
Via Chalons en Troyes naar Avallon. Mooi plekje gezocht en de caravan geïnstalleerd. Het plekje moest echter vrijblijven. De camping had niet erg veel plekken. Uiteindelijk plaatsje 61 ingenomen (erg vrolijk was ik niet meer). Avallon ligt hoog boven de vallei van de Cousin op een granieten rots. Vanaf de wallen, heb je een mooi uitzicht. Binnen de muren liggen mooie tuinen en oude huizen. Bezienswaardig zijn de 15de-eeuwse Tour d'Horloge en de Église Saint-Lazare. De oorspronkelijke 11de-eeuwse kerk Saint-Lazare bevat behalve een mooi entree en fraai koor een crypte die nog uit de 4de-eeuw stamt. Ten oosten van Avallon ligt in de valei van de Cousin het Parc des Chaumes vanwaar je een prachtig zicht hebt op het vestingstadje.

3 september 2000, zondag. Regenachtig, somber.
Na een bezoek aan Avallon, een autorit door de Morvan gemaakt. Morvan is nog steeds het meest ongerept. In feite is de Morvan een noordelijke voortzetting van het grote Massif Central. In dit nog steeds wat geïsoleerde gebied kun je prachtige wandelingen maken en van de natuur genieten. Onderweg veel regen en mist. ’s Middags de noordkant boven Avallon bezocht. Vooral het dorpje Semur en Auxois maakte indruk. Het sfeervolle vestingstadje Semur-en-Auxois is de hoofdstad van de Auxois. Het ligt op een granieten heuvel en bezit vier robuuste donjons en enorme stadsmuren. Je komt de stad binnen over een prachtige boogbrug, de Pont Joly, die over de rivier de Armançon stroomt. De oorspronkelijk uit de 13de eeuw stammende Église Notre-Dame is een fraai voorbeeld van Bourgondische gotiek. Bezienswaardigheden vonden wij ook de 40 meter hoge Tour d'Horloge.
Hierna naar de abdij van Fontenay gereeden. De abdij stamt uit de 12de-eeuw. Wat het meest opvalt (na binnenkomst door het poortgebouw) is de abdijkerk in Romaanse stijl. De in 1147 door paus Eugenius III gewijde kerk is een van de oudste cisterciënzerkerken in Frankrijk. Een indrukwekkende soberheid typeert de kerk. Het grondplan van de kerk volgt het vaste patroon van de cisterciënzerbouwkunst.

4 september 2000, maandag. Eindelijk droog.
We staan in het dal van de Cousin. Veel zon komt er niet door. Het blijft daardoor ’s morgens lang fris. Om 10.30 uur naar Vezelay via de Morvan. Vézelay is een van de hoogtepunten van Romaanse kunst in Frankrijk. De pelgrimskerk Sainte-Madeleine staat bovenop een heuvel en daaromheen ligt het dorp. Zeer fraai zijn de 22 meter lange Romaanse narthex (voorportaal), het timpaan boven het middenportaal en de gebeeldhouwde kapitelen. Hier riep de H. Bernardus in 1146 op tot de tweede kruistocht. Vézelay trekt nog altijd pelgrims, die te voet de hele of een gedeelte van de route naar het Spaanse Santiago de Compostela afleggen. Het was wederom genieten. Wat vermochten onze voorouders. Wat een doorzettingsvermogen. Door de Morvan weer naar huis. Na lunch/siësta te voet naar Avallon. Mia had iets leuks gezien. Helaas waren de meeste winkeltjes gesloten. De distributie van benzine in Frankrijk is een probleem Door de hoge prijzen blokkeren de werkgevers de raffinaderijen en opslagplaatsen. Diesel is al heel schaars. Onze tank zit gelukkig redelijk vol. Mede hierdoor en ook de matige weersverwachting in de Dordogne, het reisschema bijgesteld (zo makkelijk kan dat allemaal).

6 september 2000, woensdag. Lekker weer.
Om 11.00 uur naar Lyon vertrokken De auto in Vieux Lyon aan de oever van de Rhone geparkeerd en heerlijk rondgewandeld. Aan de oever van de Saone de broodjes opgegeten. De stad ligt aan de samenvloeiing van de Rhône en de Saône. Het is een grote stad (3e van Frankrijk). Bezienswaardigheden zijn het grote Place Bellecooeur, met een ruiterstandbeeld van Lodewijk XIV, en het Place des Terreaux. Aan dit plein staan het Hôtel de Ville uit de 17de eeuw en het Palais St-Pierre, een voormalig benedictijnenklooster dat tegenwoordig het Musée des Beaux Arts huisvest. Achter het stadhuis staat de futuristische Opéra de Lyon. Verder naar het zuiden staat het Musée de l'Imprimerie, dat een beeld geeft van de beginperiode van de Lyonse drukkerijen aan het einde van de 15de eeuw. Wij hebben veel geklommen. Lyon is redelijk geaccidenteerd.Op de terugweg Vienne bezocht. Ook een prachtige oude stad. Vienne is een oude Gallo-Romeinse en middeleeuwse stad aan de oever van de Rhône. De voormalige hoofdkerk St. Maurice bezit 3 laatgotische portalen. Verder is de tempel van Augustus en Livia en de rechteroever waar, tegenover Vienne. In de Oudheid is dit bewoond geweeest. Bij de bouw van een school kwam men er achter dat hier overblijfselen van een echte stad lagen.

7 september 2000, donderdag. Zon en veel wind.
Om 10.00 uur vertrokken uit St. Clair.
Via RN7 + autosnelweg om te tanken, naar Grignan (i.p.v. Crest, zo makkelijk kan dat allemaal). Vanwege de middagrust mochten we pas om 14.00 uur de camping op. Tot die tijd geluncht en wat over de camping gelopen om een plekje te zoeken (bij het zwembad). Grignan, ligt schilderachtig op een heuvel circa 45 kilometer te noorden van Orange en heeft een prachtig slot uit de 16de eeuw (fraai uitzicht vanaf het terras), waar Madame de Sévigné, beroemd door de brieven aan haar dochter, in 1696 stierf; haar graf ligt in de eveneens uit de 16de eeuw stammende kerk.
’s Middags het stadje bezocht, heel mooi kasteel maar weinig geschikte restaurantjes. De benzineschaarste duurt nog steeds voort!

8 september 2000, vrijdag. Zon en minder wind.
’s Morgens met de auto naar Montelimar. Een wandeling door het stadje gemaakt. Het viel qua schoonheid wat tegen. Voor het eerst werd ons het bezoek aan een camping (even rondkijken of het voor een toekomstige reis wat is) geweigerd. Camping ligt vrij centraal in het centrum aan een riviertje. Montélimar maakt al ver voor het bereiken van de stad reclame voor zijn specialiteit: witte amandelnougat. Er zijn resten van een oude burcht uit de 12de - 14de eeuw, waar op de eerste verdieping Romaanse vensters zijn te bewonderen.
Na lunch/boodschappen/siësta heerlijk door de omgeving gefietst. Het was hoog maar wel prachtig. Er ligt een fietsroute door de Drome. Details aanvragen bij het Syndicat in Crillon.

9 september 2000, zaterdag. Prachtig weer.
Om 10.00 uur vertrokken uit Grignan. De camping lag er “heerlijk” bij. Een zonnetje over de lavendelvelden en de Alpen in de verte. We hadden best nog een dag (of twee) hier kunnen blijven.
De benzinestations hadden nog maar weinig benzine en helemaal geen diesel. Onderweg zagen we wel steeds meer tankauto’s rijden! Na een paar keer grote rijen voor de benzinepomp te hebben aangetroffen konden we in Vaudoban voor ff150 innemen. Leuk was dat er een echtpaar achter ons stond die dezelfde bestemming hadden. Op de parkeerplaats gegeten. Om 15.00 uur in Pt Grimaud. Port Grimaud is een bijzonder dorpje aan de Golf van Saint Tropez. Het midden 60-er jaren gebouwd. Het grappig is, dat het er uitziet alsof het er al eeuwen ligt. Het heeft veel weg van Venetië. De kleurige huizen, aanlegsteigers met boten en de nodige terrassen en winkeltjes, het doet vriendelijk aan.

10 september 2000, zondag. Stralende dag 30°.
’s Morgens de markt in Pt Grimaud bezocht. Daarna een stukje gefietst. ’s Middags naar het strand.

11 september 2000, maandag. Stralende dag 30°.
Naar Ste Maxime gefietst. Sainte Maxime ligt tegenover Saint Tropez aan de gelijknamige baai Het is een stadje met gezellige straatjes. Je kunt hier van alles kopen en eten. Wij zijn graag op een van de twee terrassen aan de haven. De Tour Carré en een parochiekerk zijn bezienswaardig.

12 september 2000, dinsdag. Zon + wolken.
Eerst op de fiets naar de markt in St Tropez geweest. ’s Middags eerst naar het strand. Het was een beetje zompig en bewolkt. Niet aangenaam dus. Met de auto (even die koelkast in) naar Cavalaire, een gezellig plaatsje aan de kust.

13 september 2000, woensdag. Prachtig weer.
Daarna “hoog” naar Grimaud gefietst. In het dorpje gewandeld en een terrasje gepakt. Via de hoofdstraat, de Rue des Templiers, bereik je de romaanse Église St-Michel en het hospitium van de tempeliers. Het dorp behoort tot de erfenis van de adellijke familie Grimaldi. De uit Genua afkomstige ridder Gibelin de Grimaldi kreeg hier een stuk grond nadat hij geholpen had om de Saracenen uit het gebied te verdrijven. Van het kasteel uit de 11de eeuw is tegenwoordig niet meer over dan een ruïne.

14 september 2000, donderdag. Mooi weer.
Rustige dag. Laatste dag in Pt. Grimaud. Het begint rustig te worden. Er ontstaan grote gaten, waar het in het begin erg vol stond. Naar Ste Maxime gefietst. ’s Middags op het strand. Daarna de luifel schoongemaakt. De eksters hadden hem redelijk vol gescheten.

15 september 2000, vrijdag. Licht bewolkt.
Om 10.15 uur uit Pt Grimaud vertrokken. Tot Aix de snelweg en daarna de RN7. Onderweg geluncht. Om 13.30 uur in St. Remy. Zoals we al hadden verwacht was de camping flink vol. We staan bij het toiletgebouw helemaal achterin. Het is een knus hol. Met zonneschijn is het een paradijs, zonder is het minder. In juni kan het denk ik een prettige plaats zijn. Na het installeren naar het zwembad. St. Rémy is onze favoriete bestemming in de Provence. We komen er ook heel erg vaak. Het oude rustige centrum tref je een wereld van smalle straatjes, schaduwrijke pleintjes, fonteinen, oude poorten en platanen. Vincent Van Gogh is hier tijdens zijn verblijf erg productief geweest. Leuk is, dat op de plaats waar Van Gogh ooit een schilderij heeft geschilderd nu een reproductie van het betreffende schilderij is geplaatst. De opgravingen van Glanum, het antieke mausoleum en de triomfpoort die samen 'Les Antiques' worden genoemd, en het klooster van Saint Paul de Mausole waar Van Gogh van mei 1889 tot mei 1890 in de psychiatrische afdeling verbleef, zijn een bezoek waard.

16 september 2000, zaterdag. Half bewolkt 26°.
Na een broeierige nacht om 07.30 uur opgestaan. Vroeg op want het reisdoel van vandaag is de weekmarkt in Apt. Het hele centrum van de stad staat vol met kraampjes. Apt is de belangrijkste plaats van het Luberongebergte en vormt de noordelijke ingang van het Parc Naturel Régional du Luberon. In het centrum van Apt staat de Cathédrale Sainte-Anne. Deze voormalige kathedraal is het oudste aan de heilige Anna gewijde heiligdom van Frankrijk. In het Musée de l'Aventure Industrielle krijgt u uitleg over de productie van aardewerk en gekonfijte vruchten. Ook de geschiedenis van de okergroeven heeft hier een plaatsje. De Tour de l'Horloge dateert uit de 16de eeuw. De markt van Apt is samen met die van Cavaillon de belangrijkste in de Vaucluse.

17 september 2000, zondag. Een beetje Mistral.
Met de auto naar Villeneuve lez Avignon. De middeleeuwse stad bewaart enkele sporen van een reeks in de 14e eeuw gebouwde paleizen. Het belangrijkste monument van Villeneuve is de Chartreuse du Val-de-Bénédiction. Het oorspronkelijk grootste kartuizerklooster van Frankrijk. Een andere bezienswaardigheid het Fort Saint-André, dat rond 1362 gebouwd werd om Avignon te bewaken, als ondersteuning van de rond in 1300 verrezen Tour Philippe-le-Bel. Een mooi stadje met een leuke camping, restaurantjes. De toren beklommen (176 treden). Het uitzicht over de provence, Rhone, Avignon, was prachtig.

18 september 2000, maandag. Zonnig.
’s Morgens aan de oostkant van St. Remy gefietst. Eerst Verquières bezocht. De 'Saint Véredème' kerk is in de 11e eeuw gebouwd en hiervan zijn de verdedigingsmuren nog zichtbaar. Tussen 1842 en 1845 is de kerk uitgebreid met 6 kapellen. De klokketoren is tot historisch monument verkozen. Daarna nog even naar St. Andiol gefietst. Het kasteel van Saint Andiol, gebouwd eind 14e, begin 15e eeuw is nu een sociaal cultureel centrum en herbergt o.a. de bibliotheek en de feestzaal. De Sainte-Croix kapel op de begraafplaats is mooi. ’s Middags op de camping.

19 september 2000, dinsdag. Storm en regen.
’s Morgens viel het nog wel mee. Na de siësta Bagnols sur Ceze bezocht (een oorspronkelijk doel aan het begin van de vakantie). Bagnols is een grote drukke stad met een mooi oud centrum. Het marktplein met arcades en fonteintjes is gezellig.

20 september 2000, woensdag. Onweer en regen.
In Marseille en Montpellier 6 doden door de regen, harde wind en het onweer. ’s Morgens wat geredderd maar eigenlijk schoot het niet op want het begon weer te regenen. ’s Middags de zuidkant van Les Alpilles: Fontvieille en Arles bezocht. Arles ligt aan de Rhône. Arles is ook bekend als woonplaats van Vincent van Gogh. Het pension aan het Place Lamartine en het 'Gele huis' zijn beide verwoest tijdens de Tweede Wereldoorlog. Maar het 'Café bij Nacht' (een schilderij van Vincent van Gogh) aan het Place du Forum is er nog steeds. Elk jaar heeft er ook nog een folkloristische traditie plaats die de mensen herinnert aan het gevecht tegen de Mistral. Bezienswaardigheden zijn Les Arènes (een van de grootste en best bewaarde Romeinse bouwwerken in de Provence), het Théâtre Antique en de Église St-Trophime. Fontvieille is een leuk stadje, in de molen (Moulin de Daudet)
zit het museum van één van de grootste schrijvers van de Provence, Alphonse Daudet..

21 september, donderdag. Mistral en zon.
Na de boodschappen een rondje Maillane gefietst. Frederic Mistral, de provencaalse dichter en zanger, leeft voort in het museum in Maillane, zijn geboorteplaats. Deze dichter, die al zijn werken in Maillane heeft geschreven werd in 1904 onderscheiden met de Nobel prijs van de literatuur. In zijn eigen huis, nauwkeurig gerestaureerd, vindt U de verschillende werken, foto's, schilderijen en boeken van de bekendste inwoner van Maillane.
Het waaide stevig maar hierdoor was de lucht azuurblauw zonder een wolkje. Het uitzicht op les Alpilles was betoverend. ’s Middags wat op de camping gerommeld. Het zwembad bezocht en een leuk schilderijtje gekocht.

22 september 2000, vrijdag. Rustig weer.
Op weg naar huis (met een dubbel gevoel)! Om 10.00 uur uit St Remy vertrokken. Via de N7 naar Avignon onderweg naar Pt. de Vaux. In het zuiden kun je beter de tolweg nemen. Dwars door Avignon gereden. Schoot dus geen moer op en het was ook niet leuk. Omwille van de tijd zo snel mogelijk de peage opgereden. Om 16.00 uur aankomst in Pt de Vaux. De camping ligt heel mooi aan de oever van de Saone, 4-1/2 kilometer van het stadje.

23 september 2000, zaterdag. Heel zonnig.
Na een nachtje van 12 uur slapen (en af en toe een beetje wakker) ingepakt en om 09.30 uur vertrokken. Via Tournus, Chalons, Chagny (N6) naar Dijon. Via de N71 naar Chatillon sur Seine. Deze weg kent hoge stijgings- en dalingspercentages. Het uitzicht is prachtig. Om 13.00 uur in Chatillon aangekomen. ’s Middags het dorpje bezocht. Het heeft een leuk centrum.Het op een heuvel gelegen Châtillon wordt gedeeltelijk omsingeld door de Seine. In 1953 werd aan de voet van de Mont Lassois in een 6de-eeuws graf een bronzen mengvat gevonden. Het 200 kilogram wegende gevaarte, goed voor 1000 liter wijn, wordt tentoongesteld in het Musée de Châtillonnais in het Maison de Philandrier. De Église Saint-Vorles is aan het eind van de 10de eeuw gebouwd. De crypte is gewijd aan de heilige Bernardus van Clairvaux. Een mooi uitzicht op Châtillon-sur-Seine heb je vanaf de Source de la Douix. Vanuit de bron welt iedere seconde een hoeveelheid water omhoog die kan variëren van 600 tot wel 3000 liter. De bron wordt gevoed door een netwerk van onderaardse stroompjes.

24 september 2000, zondag. Redelijk weer.
Uitgeslapen (na het copieuze maal) en rennend in de ochtendjas naar de rijdende bakker voor de baguettes. Rustig ontbeten en ingepakt. Om een uur of 10 vertrokken naar Chaumont. Vandaar via de A31-tolweg naar Camping Sud in Attert. Onderweg werd het weer steeds beter. Onderweg buiten geluncht. Het was wel laat omdat er vanaf Nancy geen fatsoenlijke parkeerplaats is. Geen peage, dus ook geen voorzieningen. Op 3 km vanaf Luxemburg iets gevonden (en we waren niet de enigen). Het tanken was een crime. Misschien is het toch handiger om in Martelange te tanken (10 benzinestations waar niks te doen is).
Om 16.00 uur aankomst in Attert. We staan achterin op plaats 47, helemaal in ons eentje.