Oléron is op Corsica na het grootste eiland van Frankrijk en tevens het meest zuidelijke eiland voor de Atlantische kust. Het eiland is 34 kilometer lang en 12 kilometer breed op het breedste punt. Rondom de lange zandstranden en de duinen heeft het eiland een 'art de vivre' ontwikkeld op het ritme van de oceaan.
Het eiland is sinds 1966 via een 3027 meter lange brug verbonden met het vasteland. Rechts is het Fort Louvois te zien en overal rond de brug kunt u de oestervissers aan het werk zien, die de kanalen van het eiland verlaten om naar de oesterbanken te gaan. Île de d’Oléron bezit prachtige zandstranden en een uitzonderlijk aangenaam klimaat. Het Grande Plage is met een lengte van 9 kilometer het grootste strand van het eiland en wordt omzoomd door het bos van Saint-Trojan-les-Bains.
De hele westkust bestaat uit dergelijke prachtige, ongerepte zandstranden. De oceaan komt hier aanrollen, tot groot genoegen van surfers en ander watersportliefhebbers. Duinen zijn hier overal.
De duinenrij wordt nauwelijks onderbroken door de haven van La Cotinière, de grootste vissershaven van het departement Charente-Maritime waar voornamelijk op garnaal wordt gevist.
De oostkust is rustiger en vlakker. Aan deze kant van het eiland zijn de oestervelden te vinden. Langs de kust kun je tot Boyardville wandelen, via een kanaal dat leidt naar Fort Boyard. Aan de oostkust ligt ook de citadel van het Château d'Oléron, dat het belangrijkste onderdeel was van de verdedigingswerken van de monding van de Charente.
Het Île de d’Oléron bestaat niet alleen maar uit strand. Al zwervend over het eiland ontdek je oorspronkelijke dorpen, mooie bossen, wijngaarden en natuurlijk vele oesterbanken, waar de beroemde oesters van Marennes-Oléron worden gekweekt.